Vele wegen leiden naar biobased verpakkingen
Symposium Empack
Tijdens de jongste Empack in Den Bosch vond in een van de kennistheaters het symposium Biobased Verpakking plaats. Daar deelden drie verpakkende bedrijven hun praktijkcase: retailer HEMA, producent van diepvriesfriet Lamb Weston en Senza Tea. Zij bewandelen de weg richting biobased verpakkingen ieder op hun eigen manier: plastic vervangen door karton of aardoliegebaseerde PE vervangen door biobased PE. Met in het achterhoofd de Packaging & Packaging Waste Regulation (PPWR) die in 2030 onverbiddelijk zijn intrede zal doen.
Basisfrituurvet
Lamb Weston introduceerde in haar streven naar verduurzaming onlangs een innovatieve verpakking voor haar diepvriesfriet, waarbij 60 procent van de reguliere PE heeft plaatsgemaakt voor bio-PE die wordt gewonnen uit gerecycleerd frituurvet. waarvoor de nafta is gewonnen uit frituurvet. Hoe treffend wil je het als frietfabrikant hebben? Overigens gaat Lamb Weston in haar streven naar een gezonde wereld volledig over op friet die bereid kan worden in de oven of airfryer. En gebruikt het alleen aardappelen met schil. Om zowel het hele product te gebruiken en niets weg te hoeven gooien en extra smaak aan het product.
De innovatie markeert een doorbraak in het toepassen van alternatieve grondstoffen in flexibele verpakkingen binnen de voedingsindustrie. De keten achter deze innovatie is bijzonder: gebruikt frituurvet wordt ingezameld en vervolgens chemisch omgezet in nafta. Deze biogebaseerde nafta dient als basis voor polyethyleen (PE), dat door chemiebedrijf SABIC wordt verwerkt tot PE-granulaat. Dit granulaat vormt de grondstof voor het nieuwe verpakkingsmateriaal van Lamb Weston dat wordt geproduceerd door Oerlemans Plastics.
Het resultaat is een hoogwaardige kunststof die volgens testen van Lamb Weston qua mechanische eigenschappen identiek presteert als conventionele PE, maar dan met een fors lagere milieu-impact. Deze technologie maakt het mogelijk om bestaande verpakkingslijnen en -machines te blijven gebruiken, wat de overstap naar duurzame alternatieven aanzienlijk versnelt.

Dunnere folie
Naast de materiaalinnovatie is er ook gewerkt aan een optimalisatie van de foliedikte. De nieuwe verpakking is namelijk dunner dan zijn voorganger (55 tegen 70 micron), wat ook nog eens zorgt voor minder materiaalgebruik en dus minder afval. Samen met het gebruik van 60 procent biokunststof leidt dit tot een totale daling van de CO2-impact van 30 procent. Dit vroeg echter om nauwkeurige afstemming, want diepvriesfriet wordt op de verpakkingslijn vanuit hoogte in de verpakkingen gedeponeerd. De folie moet dus bestand zijn tegen mechanische belasting en mag niet scheuren. Dankzij slimme materiaalsamenstellingen en zorgvuldige testen bleek dit haalbaar. Bij testen konden nul open seals worden genoteerd.
Internationale samenwerking
De ontwikkeling kwam tot stand via een intensieve samenwerking tussen Lamb Weston en verpakkingsproducent Oerlemans Packaging. “Dit traject is echt een voorbeeld van cocreatie”, aldus Dirk van Dijk van Lamb Weston. “Van de eerste materiaalproeven tot eindproduct, het hele proces werd gedragen door mensen uit verschillende lagen van de organisaties.”
De betrokkenheid strekte zich uit tot internationale schaal, met productie- en ontwikkelfaciliteiten in Europa, China, Zuid-Amerika en de VS. Die wereldwijde aanwezigheid helpt Lamb Weston zich naar eigen zeggen te onderscheiden van gevestigde merken, met name op de Amerikaanse markt.

Naar 100 procent hernieuwbaar
Hoewel het huidige materiaal voor 60 procent biobased is, is de ambitie duidelijk: volledig hernieuwbare verpakkingen. Lamb Weston koos er volgens van Dijk bewust voor om eerst te gaan voor een haalbaar percentage om niet gefrustreerd af te haken als hogere percentages niet gehaald zouden worden als het project niet slaagde. Door 60 procent te nemen als startpunt, kan het percentage alleen nog maar groeien. Een andere optie zou ook nog kunnen zijn om de resterende 40 procent – nu nog fossiel – gedeeltelijk te vervangen door bijvoorbeeld chemisch gerecycleerde PE, aldus een suggestie van dagvoorzitter Caroli Buitenhuis van het organiserende Green Serendipity. En daarmee virgin plastic te vermijden. “De beschikbaarheid van biobased en gerecycleerd plastic en de vereisten vanuit regelgeving, zoals de PPWR, spelen een grote rol in hoe snel de ontwikkelingen gaan”, aldus het antwoord van Dirk van Dijk.
Hoe frituurvet verandert in verpakkingsplastic
De verpakkingskringloop van de bio-PE van Lamb Weston van reststroom tot grondstof ziet er in vier stappen als volgt uit. Als eerste vindt de inzameling van gebruikt frituurvet plaats. Daarvoor leveren horeca en voedingsindustrie hun gebruikte vetten in via erkende inzamelaars. Vervolgens wordt het frituurvet chemisch bewerkt tot een vloeibare grondstof: biobased nafta. Daarna volgt de productie van PE-granulaat door SABIC, dat daarvoor de nafta omzet in bio-PE. Vervolgens verwerkt Oerlemans het granulaat tot een dunnere verpakkingsfolie die bestand is tegen de impact van het afvulproces met diepvriesfriet.
Praktisch en natuurvriendelijk

Nienke van der Veen, verpakkingsspecialist bij HEMA liet tijdens haar presentatie zien dat deze retailer de afgelopen jaren aanzienlijke stappen heeft gezet op het gebied van duurzaamheid, met een focus op het verduurzamen van verpakkingen. HEMA biedt een breed assortiment van meer dan 30.000 producten, die volgens haar filosofie allemaal verpakt moeten worden op een manier die zowel praktisch als milieuvriendelijk is. HEMA heeft duurzaamheid stevig verankerd in haar bedrijfsstrategie. Het merk heeft zich ten doel gesteld om in 2050 klimaatneutraal te opereren. Om deze ambitie waar te maken, heeft het bedrijf duidelijke doelstellingen geformuleerd rondom het verduurzamen van haar producten. Verpakkingen vormen daarbij een belangrijke focus.
5G-ladder
De 5G-ladder is het concept waarop HEMA haar assortiment baseert. Producten moeten Gemakkelijk, Goed (ook goed voor het milieu), Gaaf, Goedkoop en Gezellig zijn. Verpakkingen spelen hierbij een essentiële rol, zowel op het gebied van materiaalgebruik als in het minimaliseren van de ecologische voetafdruk.
Duurzame pijlers

Bij HEMA wordt de transitie naar duurzame verpakkingen aangestuurd door vier belangrijke pijlers: reductie van overbodige verpakking, hernieuwbare en herbruikbare verpakkingen en recycleerbaarheid van verpakkingen en gerecycleerd plastic.
Qua reductie heeft HEMA zich de afgelopen jaren gefocust op het verminderen van plasticgebruik. In 2019 werd er al 36 procent minder plastic gebruikt in de verpakkingen van het merk dan in het voorgaande jaar. Dit werd bereikt door over te stappen op karton, dat makkelijker te recycleren is dan plastic. Dit is niet altijd een gemakkelijke keuze: bijvoorbeeld kerstballen, die voorheen in plastic werden verkocht, moesten worden verpakt in kartonnen dozen. Hoewel dit de duurzaamheid ten goede kwam, bracht het tegelijkertijd uitdagingen met zich mee op het gebied van klantbeleving, aangezien de kartonnen verpakkingen minder aantrekkelijk bleken te zijn dan hun plastic voorgangers. Dus die keuze werd vooralsnog weer teruggedraaid.
Hernieuwbaar en herbruikbaar
Een ander belangrijk speerpunt is het herbruikbaar maken van verpakkingen. HEMA heeft bijvoorbeeld flessen en tubes van handzeep, shampoo en douchegel ontwikkeld die navulbaar zijn. Dit bevordert hergebruik en draagt bij aan het verminderen van afval. Dit is niet alleen voordelig voor het milieu, maar ook voor de klanten, die minder vaak nieuwe verpakkingen hoeven aan te schaffen.
Een ander voorbeeld van herbruikbare verpakkingen is de make-updoos van HEMA, die klanten in staat stelt om hun favoriete producten opnieuw in te vullen, waardoor verpakkingsafval vermindert.
Gerecycleerd plastic
Waar mogelijk maakt HEMA gebruik van gerecycleerd plastic in haar verpakkingen. Het bedrijf streeft ernaar om tegen het einde van 2025 20 procent gerecycleerd bioplastic te gebruiken. Op dit moment ligt dat percentage op 10 procent maar de kosten en beperkte beschikbaarheid van gerecycleerd plastic blijven een uitdaging. Dit betekent dat HEMA regelmatig moet zoeken naar alternatieven die zowel duurzaam als betaalbaar zijn. Dit soort innovaties worden al toegepast in flessen, pompen, tubes en in sommige gevallen zelfs speelgoedproducten.

Recycleerbaarheid verpakkingen
HEMA heeft als doel om al haar verpakkingen 100 procent recycleerbaar te maken. Momenteel is 78 procent van de verpakkingen recycleerbaar, en het bedrijf werkt hard aan het verbeteren van dit percentage. Door de recycling checks van het Kennis Instituut Duurzaam Verpakken (KIDV) te gebruiken, wordt ervoor gezorgd dat verpakkingen voldoen aan de eisen voor recyclage. Zo zijn bijvoorbeeld de sokken die voorheen in plastic zakken werden verpakt, nu volledig in kartonnen verpakkingen gestoken.
Uitdagingen en toekomstige stappen
Hoewel HEMA aanzienlijke vooruitgang heeft geboekt, blijven er uitdagingen. Een van de grootste obstakels is de beperkte beschikbaarheid van geschikt gerecycled plastic, wat het moeilijk maakt om de doelen te halen. Daarnaast moet het bedrijf voortdurend inspelen op veranderingen in wetgeving en de toenemende druk van consumenten om te verduurzamen. Het doel van HEMA is om in 2025 een aandeel van 20 procent gerecycleerd of biokunststof te halen als het gaat om haar plastic verpakkingen. Op dit moment ligt dat percentage op 10 procent, dus er is nog werk aan de winkel.
Een ander punt van aandacht zijn de verpakkingen die moeilijk recycleerbaar zijn, zoals netzakjes. Deze verpakkingen kunnen vaak vast komen te zitten in recyclagemachines, waardoor ze niet effectief kunnen worden gerecycleerd. HEMA blijft zoeken naar oplossingen om dergelijke verpakkingen te vervangen door alternatieven die wel goed recycleerbaar zijn.

Duurzaam en betaalbaar
Een veelgestelde vraag is of de kosten van duurzame verpakkingen doorberekend worden aan de klant. HEMA heeft altijd gestreefd naar het bieden van betaalbare producten voor een breed publiek, zo vertelt Nienke van der Veen. De kosten voor het verduurzamen van verpakkingen worden in de meeste gevallen niet aan de consument doorberekend. Dit zorgt er echter wel voor dat de druk om kosten te verlagen en tegelijkertijd duurzame verpakkingsmaterialen te gebruiken, groot is.
Desondanks blijft HEMA vastbesloten om de kosten te optimaliseren zonder concessies te doen aan haar duurzaamheidsdoelen. Het bedrijf ziet duurzaamheid niet alleen als een verantwoordelijkheid, maar ook als een kans om haar klanten een beter product te bieden.
Afvalvrij kopje thee
Senza Tea presenteerde tot slot de wordingsgeschiedenis van haar duurzame theeverpakking. Jaarlijks worden er in Nederland zo'n vijf miljard theezakjes gebruikt, vertelt oprichter Jeroen Veneman als inleiding. Hoewel ze ogenschijnlijk klein en onschuldig lijken, bevatten deze zakjes vaak meer verpakking dan thee. “Denk aan het zakje zelf, het labeltje, een touwtje, de folie, een kartonnen doosje en soms zelfs nog een extra omdoos. Bij elkaar opgeteld is de ecologische voetafdruk van een theezakje verrassend groot."
Daar wilde Senza Tea verandering in brengen. Senza Tea, een klein bedrijf met een grote missie, is dan ook al jaren bezig met het toegankelijk maken van losse thee als duurzaam alternatief voor het theezakje – vooral op plekken zoals kantoren en horecazaken, waar gemak vaak zwaarder weegt dan kwaliteit of duurzaamheid.
De zoektocht naar een praktisch én milieuvriendelijk systeem begon in 2015, toen oprichter Veneman zich verbaasde over de tegenstrijdigheid op veel werkplekken: topkwaliteit koffie, maar matige thee. Met dat als vertrekpunt ontwikkelde Senza Tea een gebruiksvriendelijke theedispenser, waarin je met één klik een precieze dosering losse thee krijgt. Ideaal voor op kantoor of in de horeca.

Van idee tot innovatie
De eerste versies van deze dispenser werkten weliswaar, maar waren duur, onpraktisch en te makkelijk te hergebruiken met thee van andere merken. “Wat volgde was een zes jaar durende ontwikkelreis, vol prototypes, mislukkingen en doorzettingsvermogen”, schetst Veneman. Maar eind 2024 was het dan eindelijk zo ver: de introductie van een nieuwe generatie dispenser met een volledig kartonnen verpakking.
De thee zit in een stevige kartonnen koker, die je eenvoudig op de dispenser klikt. Deze bevat genoeg thee voor 150 tot 400 kopjes. De klik-constructie zorgt ervoor dat de koker na gebruik niet opnieuw gebruikt kan worden, zodat Senza Tea de regie houdt over het hergebruik en bijvullen.
Barrière doorbroken
Maar het echte duurzame hoogtepunt zit in de verpakking zelf. Om thee lang houdbaar te houden, is normaal gesproken een barrièremateriaal nodig dat beschermt tegen vocht en lucht. Bij veel duurzame ogende verpakkingen zit er daarom alsnog een laagje plastic of aluminium in de verpakking – en dat was ook bij Senza Tea in eerste instantie het geval.
Tot begin 2025. Toen presenteerde Senza Tea met trots een wereldprimeur: een volledig papieren koker met een papieren barrièrelaag. Geen aluminium, geen plastic. Alleen papier – en tóch luchtdicht. Een unieke innovatie in de verpakkingswereld.
Waar een theezakje gemiddeld 2 gram thee bevat en 3,5 tot 4 gram aan verpakking met zich meebrengt, levert de kartonnen koker van Senza Tea uiteindelijk honderden kopjes thee met slechts een fractie van die hoeveelheid afval. Vergeleken met theezakjes betekent dat een afvalreductie van 70 procent. Zelfs ten opzichte van biologisch afbreekbare theezakjes bespaart de nieuwe verpakking nog altijd 45 procent aan materiaal.
